sep 26

CCS 7 (DMR) ID kwijt bij roepnaam wijziging

DMRpluslogoHans-Jürgen, DL5DI laat ons weten dat bij na een registratie het wijzigen van de roepnaam gekoppeld aan het CCS7 ID, vanuit technische overwegingen, niet meer mogelijk is. Krijg je een nieuwe roepnaam dan is ook een nieuw CCS7 ID noodzakelijk. Omdat de ID data wordt ingelezen in de DMR-Master, sMaster, Monitor-Server, Bridges, CCS/DCS-Server, Gateways en andere infrastructuur en wereldwijd wordt opgeslagen in tabellen kan deze database niet zonder meer worden gewijzigd. Omdat er bijna dagelijks klachten waren over roepnamen en ID die niet juist bleken te zijn worden er geen veranderingen meer doorgevoerd. Je krijgt dus éénmaal een ID gekoppeld aan je roepnaam. Krijg je een nieuwe roepnaam dan moet je dus een nieuw ID aanvragen!

Oude ID’s worden ook niet meer uitgegeven! Dit geldt natuurlijk zolang als er ID’s beschikbaar zijn. Hiermee wordt ook voorkomen dat een ID van een overleden OM weer in omloop komt.
Ook als iemand een dubbel ID heeft en deze inlevert wordt deze niet opnieuw uitgegeven!
Op dit moment staan er meer dan 20.000 gebruiker-, 2000 repeater registraties en worden er soms 100 nieuwe registraties gedaan per dag. Het registratieteam vraag een ieder zijn registratie na te kijken. Dat kan via deze link. Mocht de registratie niet kloppen geef dat dan door via: idteam@dmr-marc.net

sep 25

Misverstand over groeiend aantal DMR gebruikers

DMRpluslogoDe laatste weken hoor ik berichten over snel groeiende aantallen van DMR gebruikers. Natuurlijk groeit het aantal DMR gebruikers gestaag vooral door de voor radioamateurs “goedkope” instapmodellen van portofoons en mobilofoons. Toch is er nog iets anders aan de hand. Door de centralisering van de aanvraag van een CSS7 ID’s wordt er vanaf dit weekend verplicht gebruik gemaakt van één ID. Dit ID bestaat uit een land (204), regio (1) en volgnummer (037). In mij geval dus 2041037.
Dit ID wordt aangevraagd voor DMR maar ook voor DStar. Hierdoor treedt “vervuiling” op van de contactlijsten die in een codeplug worden ingevoerd. Er worden immers ID’s aangemaakt door Dstar gebruikers die wellicht nooit op DMR zullen uitkomen. Dit is ook terug te vinden als je de contactlijst in de codeplug van Carel PA3EHA vergelijkt met deze lijst die het werkelijk aantal gebruikers van DMR aangeeft. Een verschil van meer dan 300 gebruikers. Tijd dus om na te gaan denken over een andere invulling van de contactlijst in de codeplug. Het zou mijn voorkeur hebben om alleen de actieve DMR gebruikers hierin op te nemen. Dit scheelt tijd en onze contactlijst in de codeplug loopt minder snel vol.
Registratie CCS7

sep 24

Hytera Software gebruiken onder Linux

HAMSPIRITBron: Hamspirit.de

Wie du Funkgeräte von Hytera unter Linux programmierst

hytera-cps-virtualbox-linux-windows
Ich arbeite seit über zehn Jahren grundsätzlich mit Linux, beruflich und auch privat. Ich komme sehr gut klar damit und es gibt fast keine Gründe für mich einen PC mit Windows vorzuhalten. Doch seitdem ich Funkamateur bin, gibt es Ausnahmen. Denn gerade für Funkamateure gibt es viele Programme, die eben nur unter Windows laufen. Angefangen bei SDR-Applikationen wie SDR# und HDSDR bis hin zu speziellen Anwendungen, die benötigt werden um Funkgeräte zu programmieren.

Die Codeplug-Programming-Software (CPS) von Hytera gibt es beispielsweise auch nur für Windows. Das wird sich wohl auch über kurz oder lang nicht ändern, da Windows de facto das Standard-Betriebssystem auf Bildschirmarbeitsplätzen ist. Klar, da gibt es sicher in einigen Branchen ausnahmen, aber die breite Masse nutzt halt Windows auf dem Desktop bzw. Laptop.

Um die Codeplug-Programming-Software nun doch irgendwie unter Linux nutzen zu können, bietet sich die Virtualisierung als Brücke an. Mithilfe von Virtualisierung ist es möglich auf einem Host-System mehrere virtuelle Maschinen (VM) gleichzeitig zu betreiben. Die Ressourcen, die ein PC zur Verfügung stellt, werden dann einfach mit dem Gast-Systemen geteilt. Ein Beispiel aus der Praxis? Dein Computer hat einen Prozessor mit zwei Kernen und 4 GB RAM? Super dann kannst du dem Gast-System ja einen Kern und 2 GB RAM zu Verfügung stellen.

Es gibt diverse etablierte Virtualisierungslösungen für unterschiedliche Einsatzzwecke. Was wir brauchen ist eine Desktop-Virtualisierung, die einfach zu bedienen und schnell installiert ist. Obwohl ich beruflich VMWARE oder KVM nutze, bevorzuge ich privat eher VirtualBox in der Open Source Edition. VirtualBox ist kostenlos und steht für Windows, Linux und Mac zur Verfügung. Mit VitualBox auf dem Host-System ist es möglich ein Gast-System mit Windows 7 zu starten, den USB-Port durchzuschleifen und so die Funkgeräte zu programmieren.

VirtualBox auf Host-Betriebsystem installieren

Als Host-Betriebsystem nutze ich ein aktuelles Ubuntu 14.04 LTS. Die Installation von VirtualBox selbst ist unkompliziert und dank Paketmanagement schnell erledigt. Einfach ein Terminalfenster öffnen und die notwendigen Pakete inklusive Abhängigkeiten installieren.

sudo apt-get install virtualbox virtualbox-qt virtualbox-dkms virtualbox-guest-dkms

Wenn du Hilfe bei der Installation von VirtualBox benötigst, sieh dir bitte die Virtual-Box Seite im Ubuntu-Wiki an.

Nachdem die Installation abgeschlossen ist, starten wir das Programm VirtualBox und prüfen als erstes welche VirtualBox-Version installiert ist. Das geht am einfachsten über den Menüpunkt Hilfe / Über Virtual Box.

Virtuelle Maschine erstellen und Gast-System installieren

Als Gast-System kommt bei mir ein Windows 7 zum Einsatz. Ich habe dafür eine virtuelle Maschine mit 50 GB (dynamisch wachsend) angelegt, ihr 2 GB RAM gegeben und Windows 7 installiert.

In diese virtuelle Maschine habe ich dann die VirtualBox-Gasterweiterungen, die Hytera Codeplug-Programming-Software und die zum Gerät gehörigen USB-Treiber installiert.

USB-Unterstützung aktivieren

Das Funkgerät habe ich via USB an das Host-System angeschlossen. Um die USB-Schnittelle an das Gast-System durchschleifen zu können, muss das VirtualBox-Extension-Pack installiert werden.

Das VirtualBox-Extension-Pack muss genau zur installierten VirtualBox-Version passen. Das Extension-Pack wird auf der VirtualBox Webseite zum Download angeboten. Bei mir ist VirtualBox 4.3.10 installiert und leider fand ich keinen direkten Download-Link auf der Webseite. Also habe ich einfach irgendeinen der angebotenen Links in die Zwischenablage kopiert und die URL etwas gekürzt. Das Ergebnis ist diese Index-Seite, mit der man viel schneller ans Ziel kommt. Die richtige Datei hat die Endung .vbox-extpack. Nachdem das Extension-Pack heruntergeladen wurde, muss es ausgeführt und über einen Dialog installiert werden.

Wenn deine virtuelle Maschine gestartet ist, wir im zugehörigen Fenster und rechts eine kleine Symbolleiste angezeigt. Dort befindet sich ein Icon, das wie ein kleiner USB-Stecker aussieht. Ein Klick darauf zeigt die angeschlossenen USB-Geräte an. Mit einem weiteren Klick auf ein Gerät kann festgelegt werden, dass das jeweilige Gerät jetzt an die virtuelle Maschine durchgereicht wird.

virtualbox-hytera-usbWenn das USB-Gerät durchgereicht ist und im Geräte-Manager des Gastystems keine Treiber-Probleme angezeigt werden, kann mit der Programmierung der Funkgeräte begonnen werden.

Funktioniert das mit allen Hytera-Funkgeräten?

Grundsätzlich sollte es mit sämtlichen USB-Geräte funktionieren. Ob es mit allen Funkgeräten funktioniert kann ich nicht sagen. Getestet habe ich diese Methode bisher an den folgenden Geräten:

  • Hytera MD785G
  • Hytera PD685
  • Hytera PD365 (andere Treiber & passende CPS nötig)

Andere Funkamateure haben mir berichtet, dass das Programmieren des PD785 und des X1P nach dieser Methode ebenfalls erfolgreich war. Darüber hinaus sind auch Firmware-Updates möglich.

Zusammengefasst kann ich sagen, dass diese Methode gut funktioniert und für mich alltagstauglich ist. Der einzige Wermutstropfen dabei ist, dass die virtuelle Maschine eben ein paar Ressourcen benötigt. Da ich genug Plattenplatz habe und die VM nur einschalte, wenn ich etwas am Codeplug mache bzw. die Funkgeräte programmiere, kann ich jedoch gut damit leben, weil die Ressourcen dann ganz normal zur Verfügung stehen. Die beiden folgenden Screenshots zeigen, wie das ganze in der Praxis aussieht.

Wenn du Fragen zu dem Thema hast oder Hilfe bei der Einrichtung benötigst, dann hinterlasse bitte einen Kommentar unter diesem Artikel.

sep 19

Achter de schermen in DMR land

De laatste tijd is er achter de schermen een hoop gebeurd in DMR land.

Sinds PI1SPA uit Spakenburg deel uitmaakt van het DMRplus netwerk en Raphael PD0RAF en Rudy PD0ZRY (sysops van PI1SPA) daardoor inzicht kregen in het reilen en zeilen binnen het DMR netwerk en de werking van de Hytera repeaters, hadden zij het idee om oude WRAP boards in te zetten voor het DMR netwerk.

DMR_red_box

Alle DMR plus repeaters in Nederland worden op korte termijn voorzien van een beveiligde verbinding met de master server. (ondertussen zijn er al aardig wat repeaters voorzien met het RAF/ZRY board;) ) Dit bied naast het vanzelfsprekende beveiligingsaspect ook meteen enkele andere voordelen voor zowel de repeater beheerders als de netwerk beheerders, en uiteindelijk meer stabiliteit voor de repeater gebruikers.

Iedere repeater die via het internet is verbonden krijgt dit WRAP board waarop Debian draait (Linux) die  een open VPN verbinding opbouwt met de master server. Voor repeaters met een HAMnet verbinding is dat niet nodig omdat deze al een beveiligde verbinding met de server hebben.

Raphael PDØRAF stuurt stap voor stap aan alle beheerders dit stukje hardware op dat ze tussen de
repeater (welk merk dan ook) en een willekeurige internetverbinding kunnen aansluiten.
Hierdoor hoeven er geen poorten meer in firewalls, modems en routers te worden open gezet.
Of andere ingewikkelde dingen die nog al eens voor problemen zorgde bij bijvoorbeeld bedrijven of op beurzen.

De inrichting van het VPN netwerk wordt gedaan door Paul PE1RJV en Rudy PDØZRY.
Als alle repeaters zijn overgezet is trouble shooting van het netwerk ook makkelijker geworden door
uitgebreide monitorings mogelijkheden. En zoals aangegeven is het beveiligd tegen kwaadwillende en niet
meer mogelijk om via internet de repeaters te beïnvloeden. Ook maakt deze verbindingsmethode het mogelijk om in de nabije toekomst op afstand software updates uit te voeren. Wat met name handig is voor repeaters die fysiek lastig te bereiken zijn. Omdat alle repeaters straks allemaal in het zelfde netwerk zitten, ongeacht of ze via HAMnet of internet zijn verbonden, zal de audio ook minder last hebben van ́obstakels ́ als NAT routing. Dit zal naar verwachting enige winst in de stabiliteit opleveren.

Op de NL master zijn de repeaters die al over zijn gezet te herkennen aan een IP adres dat met 10. begint. Repeaters die op HAMnet zitten (herkenbaar aan 44.137. ip adressen) en PI1SPA behouden hun huidige IP adres omdat die al in een beveiligd netwerk zaten.

bron: http://veronamersfoort.nl
DMR NL monitor pagina: http://veronamersfoort.nl/dmr/

UPDATE 22-sept-15, 21:55:
Door de beheerders is besloten om de in de afgelopen dagen geposte commentaren niet meer zichtbaar te hebben onder deze post, omdat de gevoerde discussie niet aan de doelstelling van hamdigitaal.nl voldoet.